Restaurants met de beste prijs/kwaliteit volgens culinair recensent Bruno Vanspauwen

Onze Belgische friet heeft nu ook zijn Belgische mosselen

Foodnews

Onze Belgische friet heeft nu ook zijn Belgische mosselen

De mosselen die wij eten, komen meestal uit Nederland of Frankrijk. Maar er zijn ook Belgische mosselen, afkomstig van de eerste zeeboerderij in de Noordzee. Een project van Colruyt dat heel wat problemen moest overwinnen. "De Noordzee is nogal turbulent. En de lokale politiek ook."


"Het was een moeilijk project", zei Stefan Goethaert, CEO van de Colruyt-groep."Maar na acht jaar onderzoek en testen konden we met deze primeur uitpakken: de eerste Belgische mosselen die op commerciële schaal gekweekt werden in de eerste zeeboerderij van onze Noordzee."

Niet toevallig op de nationale feestdag vorig jaar werden de mosselen voorgesteld op het Vissersplein in Oostende. Burgemeester Tommelein, die de aanwezigen onthaalde, kaderde de mosselen in het belang van aquacultuur voor de kustregio, "omdat die vandaag al te afhankelijk is van toerisme, en dus van factoren zoals het weer die men niet in de hand heeft."
Ook Minister van Noordzee Vincent Van Quickenborne wees erop dat vandaag "70% van onze zeevoeding van buiten Europa komt." Ook om ecologische redenen is een lokale aquacultuur dus belangrijk.

Stefan Goethaert bevestigde dat er een stijgende vraag is naar alternatieve en duurzame bronnen van eiwit in onze voeding: "En we geloven in het potentieel van de Noordzee om daarvoor te zorgen, in de eerste plaats met mosselen, maar ook met oesters en zeewier."

De bekende chef Seppe Nobels, een van de eerste North Sea-chefs die zich engageren om alleen met lokale vissen en zeevruchten te werken, was gevraagd om de mosselen te laten proeven, op diverse manieren bereid. Hij wees erop dat "mosselen-friet" beschouwd wordt als een nationaal gerecht, terwijl de mosselen zelf meestal uit Nederland en Frankrijk komen.

Door ze eenvoudig kort te stomen kwamen de smaak en textuur van deze Belgische mossel het best tot hun recht: vol en rond van smaak, met een mooie balans tussen zoet, zilt en zachtbitter, nog wat klein van kaliber, maar wel mals en sappig. Opvallend is de properheid van de schelp, wat te maken heeft met de hangcultuur waarin de mosselen opgekweekt worden.

"Ze hangen en groeien in netten in de zee, beveiligd door boeien en touwen, en komen dus niet in contact met de zeebodem", zegt Goethaert. "Dat is trouwens de enig mogelijke manier om in de woelige Noordzee, die constant in beweging is, mosselen te kweken. De bodem wordt bovendien bij het oogsten niet beschadigd, en de mosselen groeien sneller omdat ze hoger in het water hangen en meer zonlicht vangen."

Niet alleen de Noordzee stelde Colruyt voor problemen, ook de lokale politiek. Dat is trouwens de reden waarom deze Belgische mosselen voorgesteld werden in Oostende terwijl de zeeboerderij voor de kust van Nieuwpoort en Koksijde ligt: het stadsbestuur van Nieuwpoort was gekant tegen dit project en tekende bezwaar aan bij de Raad van State.
Burgemeester Geert Vanden Broucke (CD&V) van Nieuwpoort stelde dat "wij niet tegen economische projecten aan onze kust zijn, maar we vonden deze locatie niet geschikt omdat vissers en zeilers erdoor gehinderd worden."

De Raad van State veegde de bezwaren echter van tafel en oordeelde dat alle nodige vergunningen correct toegekend waren. Het stadsbestuur van Nieuwpoort legt zich daar bij neer: "Er is geen beroep mogelijk tegen deze beslissing, maar wij blijven wel ijveren om de zeeboerderij gedeeltelijk te verplaatsen, weg van de vaarroutes. Er wordt immers nog maar een klein deel van de totale projectzone gebruikt."

Colruyt benadrukt dat haar project perfect compatibel is met andere activiteiten op zee. Maar dat spreekt de burgemeester tegen: "Er werd al negenhonderd keer doorheen de zone van de boerderij gevaren, voorlopig gelukkig zonder schade."


Vijf weetjes over mosselen

1. Mosselen kunnen op twee manieren gekweekt worden: op de bodem van de zee (bodemcultuur), of hangend in netten in de zee (hangcultuur, zoals op deze zeeboerderij). Er zijn ook mosselen die op palen groeien, zoals de Franse bouchotmossel. In elk geval vertrekt men van mosselzaad: piepkleine mosselen die in het wild gevangen worden en opgekweekt worden tot consumptiemosselen. Die kweekperiode duurt een tweetal jaren.

2. De volkswijsheid zegt dat het mosselseizoen loopt tijdens "de maanden met een R" (van september tot april). In realiteit begint het seizoen half juli. Maar vroeger verkoos men de mosselen niet te vervoeren tijdens de eerste warme maanden, omdat men niet over gekoeld transport beschikte.

3. Er zijn vijf verschillende mosselmaten (van groot naar klein): Goudmerk, Jumbo, Imperial, Super en Extra. Die benamingen staan op de verpakking. Echte liefhebbers verkiezen Goudmerk en Jumbo, omdat er meestal meer mosselvlees in zit, dat bovendien sappiger en malser is. Maar hoe groter de mossel, hoe hoger de prijs.

4. Mosselen kunnen op verschillende manieren klaargemaakt worden, maar met de eenvoudigste bereiding - in gestoofde ui en selder - komt hun zilte smaak het best tot haar recht. Omdat mosselen veel vocht afgeven, is het niet nodig vocht toe te voegen: 5 à 8 minuten op hoog vuur met gesloten deksel volstaan. Omdat mosselen zo zilt van smaak zijn, is het aangeraden ze niet te zouten (peperen kan wel).

5. Mosselen kunnen rauw gegeten worden, maar dan is er een kleine kans op het norovirus waarvan je ziek kan worden. Door de mosselen te verhitten verdwijnt dat risico. Sommige mensen worden ziek van gekookte mosselen, omdat ze er allergisch aan zijn. In de volksmond spreekt men ook van het gevaar van een "slechte mossel", maar mits een goede koeling en hygiëne is dat haast onbestaande.